Het etiket van de stof of het mengsel bevat o.a.:
• de naam en productidentificatie van de chemische stof (vanuit rubriek 1);
• de naam, het adres en het telefoonnummer van de leverancier (vanuit rubriek 1);
• de hoeveelheid in de verpakking;
• de gevaarbepalende componenten voor de etikettering (vanuit rubriek 2);
• CLP gevarenpictogrammen, signaalwoorden, gevarenaanduidingen en veiligheidsmaatregelen (vanuit rubriek 2).
CLP gevarenpictogrammen:
Het signaalwoord: waarschuwing of gevaar.
Gevarenaanduidingen en veiligheidsmaatregelen
of H- & P-zinnen
In de opbouw van de nummers van de H-zinnen is de volgende logica opgenomen, de eerste digit van de gevarenaanduiding staat voor:
– 2: fysisch gevaar;
– 3: gezondheidsgevaar;
– 4: gevaarlijk voor het milieu.
In de opbouw van de nummers van de P-zinnen is de volgende logica opgenomen, de eerste digit van de voorzorgsmaatregelen staat voor:
– 1: algemeen voorzorg voor consumenten;
– 2: voor preventie;
– 3: voor reactie;
– 4: voor opslag;
– 5: voor afval.
Het aantal P-zinnen dient beperkt te worden tot 6 stuks.